In maart 2022 heeft de regering een volgende stap gezet in haar anti-fraude beleid. Met de invoering van de Wet houdende diverse fiscale bepalingen en fraudebestrijding verplicht ze ondernemingen namelijk om vanaf 01/07/2022, naast cashbetalingen, een elektronisch betaalmiddel ter beschikking te stellen aan haar consumenten.
Onder elektronisch betaalmiddel wordt verstaan een ander betaalmiddel dan muntstukken en bankbiljetten. Dit omvat onder andere het ter beschikking stellen van een betaalterminal met (debet- en/of krediet-)kaart en toepassingen voor smartphones, maar ook overschrijvingen. Het louter aanbieden van de mogelijkheid om te betalen met maaltijd-, eco- en consumptiecheques, cryptomunten of virtuele munten is evenwel onvoldoende om te beantwoorden aan de verplichting.
De meeste ondernemingen bieden reeds één van dergelijke elektronische betaalmiddelen aan. Mocht u tot op heden nog geen elektronisch betaalmiddel ter beschikking stellen aan uw consumenten dan kan u afhankelijk van het betaalgedrag van uw cliënten het meest geschikte elektronisch betaalmiddel kiezen. Met uitzondering van de gewone overschrijving hangt er doorgaans een kostprijs vast aan deze elektronische betaalmiddelen. Het één-op-één doorrekenen van dergelijke betaalkosten is evenwel verboden. Een consument moet bovendien, ongeacht het aangekochte bedrag, de mogelijkheid hebben om elektronisch te betalen. Indien u meerdere elektronische betaalmiddelen ter beschikking stelt, mag u de keuze wel tot een welbepaald elektronisch betaalmiddel beperken in functie van het bedrag. Het ter beschikking stellen van de mogelijkheid om elektronisch te betalen neemt niet weg dat een onderneming nog steeds cashbetalingen moet aanvaarden van haar consumenten. Aan cashbetalingen zijn wel reeds beperkingen verbonden. Zo mag u als onderneming maximaal € 3.000,00 in contanten ontvangen (uitgezonderd bij de verkoop van onroerende goederen waarbij geen betaling in contanten mag gebeuren). Het maximum van € 3.000,00 geldt bovendien voor het geheel van verrichtingen waartussen een verband bestaat. Een grote factuur opsplitsen in meerdere kleine facturen van minder dan € 3.000,00 en de opgesplitste facturen contant (laten) betalen mag niet.